Historie

Het geslacht Batenburg wordt voor het eerst vermeld in 1076. Deze eerste heren van Batenburg hebben destijds een eigen kerk gebouwd, al was het toen niet meer dan een éénbeukig zaalkerkje. In de veertiende eeuw trouwde Johanna, de enige dochter van Dirk van Batenburg, met heer Willem van Bronckhorst. Hij stierf in 1328. Johanna verdeelde haar bezittingen onder haar zoons. Omdat zoon Diederik jong en ongehuwd stierf, kreeg de oudste, Gijsbert, niet alleen Bronckhorst, maar ook Batenburg. Hij werd in 1351 benoemd tot heer van Batenburg.

Dirk van Bronckhorst en Batenburg, Jacob Houbraken
Sint Victor-zegel uit Xanten

De tweede zoon van Gijsbert, Dirk, werd de stamvader van de heren Bronckhorst-Batenburg. Kerkelijk viel Batenburg onder het aartsbisdom Keulen, het aartsdiakonaat Xanten. In 1443 slaagde deze Dirk II van Bronckhorst er via de aartsbisschop van Keulen in om de kerk te verheffen tot kapittelkerk; dat wil zeggen dat de erediensten geleid worden door hoge geestelijken; kanunniken die zich om de kerk heen vestigden. Eerst was de kerk gewijd aan Sint Willibrord, nu werd het een Xantense Sint Victorkerk. Het kapittel kreeg rechten en inkomsten uit de kerk en onder andere het patronaatsrecht over de kerken van Horssen en Maasbommel.

Karel van Egmond, hertog van Gelre

In 1507 volgden nog enkele privileges van hertog Karel van Gelre. Het kerkgebouw werd vergroot met twee zijbeuken.

In de Tachtigjarige Oorlog kiezen de heren van Batenburg de kant van de hervorming. Herman van Bronckhorst laat in 1566 tijdens de beeldenstorm de kerk plunderen. In 1602 wordt de kerk gebombardeerd door prins Maurits. In 1608 krijgt Batenburg zijn eerste predikant: Wilhelmus Isfordink.

De herbouw van het schip is in 1612 voltooid, die van de consistoriekamer in 1619, het jaar waarin ook de grafelijke grafkapel is ingericht. Het gotische koor werd niet opnieuw opgebouwd en de toren werd van een tentdak voorzien. Daarna breekt voor de Batenburgse kerk een periode van rust en stabiliteit aan.

De katholieke geloofsgemeenschap, veruit het grootste deel van de Batenburgse bevolking, kreeg in 1875 haar eigen kerkgebouw in neogotische stijl prominent gebouwd aan de Maasdijk en ook gewijd aan Sint Victor. Deze ‘Nieuwe Victor’ is niet meer in gebruik en verkocht. De parochianen hebben onderdak gevonden in de Oude Victor en zij gebruiken, beurtelings met de protestanten, weer het kerkje dat hen oorspronkelijk toebehoorde.

Tweede Wereldoorlog

Tijdens de Tweede Wereldoorlog diende de kerk als onderduikadres voor een Joods echtpaar uit Amsterdam. Zij sliepen in het schooltje, verbleven overdag in de consistoriekamer en hielden contact met de tegenoverliggende kosterij via signalen. Tijdens kerkdiensten trokken ze zich terug op de zolder. De toenmalige koster en zijn vrouw, H. van de Bovenkamp en H.C. van de Bovenkamp-Van der Schie, hebben anderhalf jaar voor hen gezorgd.